De Constatering

In de dagen en weken na het overlijden van mijn collega bleef de grond steeds verder onder mijn voeten vandaan zakken. Er was toch echt iets geknapt in mij. Het was als of een slapende vulkaan na 25 jaar onrustig te zijn geweest nu met een knal wakker was geworden.

Het is wel goed om te benoemen dat ik in dit stadium nog geen idee had wat er daadwerkelijk met mij aan de hand was. Ja, het onrustige en unheimische gevoel was een stuk sterker geworden en de angst om plotseling dood neer te kunnen vallen was ook niet meer weg te denken. Maar wat dat “andere” totaal overweldigende gevoel in mijn lijf was, kon ik niet plaatsen.

Eén van de eerste keren dat ik letterlijk werd overvallen door dit overweldigende gevoel, was op de begrafenis van mijn collega. Ik had Mirjam gevraagd of zij als achterwacht wilde fungeren tijdens de dienst in Usselo. Alsof ik van tevoren al aanvoelde dat ik daar weleens compleet de controle over mijzelf zou kunnen verliezen. En natuurlijk wilde Mirjam dat, zoals ze dat altijd wilde.

Ik durf nu wel te zeggen dat zonder de ongelimiteerde steun, liefde, geduld en het er gewoon zijn van Mirjam, ik niet weet of ik dit überhaupt allemaal had kunnen doorstaan. “Someone got your back” wordt er weleens gezegd, She did! Voor eeuwig dankbaar; ik kan het niet anders verwoorden. I will always got your back, my love!

Ik weet nog steeds niet goed hoe ik het gevoel tijdens de begrafenis het beste kan omschrijven. Het is een soort mix van buiten jezelf treden in combinatie met pure doodsangst. Een hartslag ver in het maximale, hyperventilerend in het tempo van een stoomtrein op volle vaart en de adrenaline die met de snelheid van het licht door je lijf giert. En daarbij maar één gedachte in je hoofd; ik moet hier weg, ik moet hier nú weg!

In de weken daarna kwamen er steeds meer van dit soort “momenten” naar voren. Afwisselend van op kantoor in Hengelo, als wel in de auto op weg daarheen of weer in de auto richting huis.

Vooral tijdens deze autoritjes heb ik veel paniekaanvallen gehad. Ik heb echt gekke en gevaarlijke toeren uitgehaald tijdens deze paniekaanvallen in de auto: links en rechts de berm in, onverwachts van baan wisselen om maar van de weg af te kunnen en hier en daar vol door rood om maar weg te kunnen komen. Ik ben heel blij dat ik tijdens deze momenten in de auto nooit ongelukken heb veroorzaakt. Het heeft er echter wel in geresulteerd dat ik tot op de dag van vandaag niet relaxed (alleen) in de auto kan zitten. Er hebben zich te veel negatieve ervaringen voorgedaan waardoor ik nog altijd bang ben om weer de controle te verliezen tijdens het autorijden, met alle gevolgen van dien.

Hoe de angst soms de overhand nam tijdens een autoritje en resulteerde in een paniekaanval in de auto, probeer ik middels onderstaande twee momenten uit te leggen.

Het eerste moment was onderweg naar de bedrijfsarts. Ik ging samen met mijn moeder die kant op, mijn moeder reed. We reden op de snelweg richting Almelo, maar ik wilde de snelweg af, beter gezegd ik móest de snelweg af, maar we konden op dat moment de snelweg niet af. Mijn moeder reed door, we moesten ook wel door. Ik zat kotsend naast haar.

Het tweede moment was onderweg naar het verjaardagsfeestje van mijn oma die 80 werd in Hengelo. We reden met twee auto’s, met daarin mijn ouders, mijn zusje en zwager en Mirjam en ik, richting Hengelo. Tussen Goor en Delden moest ik even de auto uit. De angst gierde door mijn lijf en het kotsen stond mij op dat moment nader dan het lachen. Pas een aantal maanden later, toen ik in een iets rustiger vaarwater terecht was gekomen, vertelde mijn zwager hoe hij deze autorit naar Hengelo had ervaren: ‘Mathijs, wat ik toen in jouw ogen zag was pure angst, alsof je niet meer wist hoe je voor- of achteruit moest’. Hij gaf ook aan dat het veel indruk op hem had gemaakt; dat iets als een “ogenschijnlijk” kort autoritje zo’n intense angst bij iemand kon opwekken. En hij had het helemaal bij het juiste eind gehad, ik wist op dat moment inderdaad niet meer hoe ik voor- of achteruit moest.

Nu het reizen naar kantoor, en het werken op kantoor in Hengelo echt niet meer ging, zat ik thuis. De angst had mij volledig in haar greep. Het had zelfs zo’n grote vorm aangenomen dat ik niet meer instaat was om naar de supermarkt te gaan die op nog geen 50 meter van ons huis lag. Ik zat vast… Gegijzeld door de angst en paniek, niet meer in staat om deel te nemen aan het dagelijkse leven…

Ik wist wat me te doen stond: ik moest hulp zoeken. Gesteund door mijn omgeving heb ik de stap gezet en heb, via mijn huisarts, professionele hulp gezocht.

De angst en ik